Tussen twee stoelen: een boek
1 maart › 7 september 2014
Toen in de 1e eeuw n.C. in Rome de codex verscheen, was dat meteen een ware revolutie. Vanaf dan zou de boekrol geleidelijk aan in onbruik raken.
De wereld is één groot boek, zei de mystieke filosoof Ibn Arabi in de 12e eeuw. In diezelfde 12e eeuw begon men in het Westen boeken in te delen in hoofdstukken, volgens een logische volgorde. Los van de inhoud, de teksten en de beelden is een boek ook een stoffelijk object, met een heel eigen vorm. Wellicht is zijn succes door de tijden heen vooral te danken aan zijn materiële vorm. Het boek is ontstaan uit het vouw-principe, waardoor het recht kan staan en vlot geopend en gesloten kan worden. De vouw deelt het boek op in stukken, maar zonder dat die stukken van elkaar zijn gescheiden: er is sprake van zowel onderscheid als samenhang, recto en verso, binnenkant en buitenkant, pagina’s die elkaar aankijken, verenigd in hetzelfde boek. Anders gezegd, een boek zorgt voor continuïteit in de onderbreking en onderbreking in de continuïteit.
Hoewel de elektronica nu alomtegenwoordig is en het beeldscherm de grote concurrent van de papieren drager is geworden, blijft het boek tegen alle verwachtingen in dapper weerstand bieden. Een boek is dan ook iets bijzonders. Het is het cultuurobject bij uitstek en prikkelt ook de tastzin. In onze gedachten en in ons gedrag creëert een boek een heel bijzondere band met de tijd, het lichaam, de waarheid en de heel aparte wereld die erin vervat zit. Daarin verschilt een boek meteen ook van een computer, die ons een eindeloze stroom van tijdelijke en dus altijd onvoltooide waarheden voorschotelt. Het boekenlichaam, bestaande uit een kaft, papier, lijm, inkt en naaigaren, zorgt voor een fysieke, intieme band die geen enkel elektronisch object kan creëren. Een boek verslinden is dan ook een heel treffende metafoor. Er bestaan trouwens tal van uitdrukkingen waarin het woord boek’ voorkomt. Geen wonder dus dat in de loop der tijd tal van kunstenaars geboeid zijn geraakt door boeken en hun fysieke voorkomen. Naargelang hun inspiratie hebben ze de vorm ervan naar hun hand gezet.
Het boek in samenspel met de stoel
Ook de stoel staat bol van de symboliek, sinds de mens een sedentair leven is gaan leiden. Historisch gezien roept de stoel het idee van gezag op, en wel sinds hij in de oudheid is uitgegroeid tot een troon. Die materiële en symbolische hiërarchie vind je ook terug in het openbare en huiselijke leven, waar fauteuils, stoelen, banken en taboeretten de rang van hun gebruikers aanduiden. Net als bij boeken is er ook hier geen gebrek aan uitdrukkingen, met name over de nauwe band tussen stoel, menselijk lichaam en culturele context. Zowel de stoel als het boek speelt een belangrijke rol bij menselijke contacten, of, zoals men dat bij de Boghossian Stichting graag zegt, in de dialoog tussen mensen. Deze tentoonstelling omvat zo’n tweehonderd boeken en stoelen ontworpen door kunstenaars uit verschillende culturen. Ze wil de bezoeker doen nadenken over de symbolische lading van die objecten. Maar kun je eigenlijk wel boeken tentoonstellen die de bezoeker niet kan lezen, of stoelen waarop hij niet even kan gaan zitten ? Een stoel is altijd bezeten, zei de surrealistische dichter Achille Chavée Vandaar dat de bezoeker hier wordt uitgenodigd tot een interactieve verkenning, waarbij hij zowel kan lezen als even verpozen.
De in de Villa Empain tentoongestelde objecten-kunstwerken zijn nu eens ernstig en ontroerend, dan weer grappig en verrassend. Samen vormen ze een ongemeen boeiend geheel. Tussen twee stoelen heb je hier altijd een boek, een link, verwondering, een uitnodiging tot dialoog.
De meeste voorwerpen te zien op deze tentoonstelling komen uit een Belgische privécollectie. Die collectie vormt als het ware een levend lichaam, een bewegende wereld waar de verbeelding in alle vrijheid naar alle richtingen kan uitwaaieren.








